In het beroepsprofiel van de Koninklijke Nederlandse organisatie van Verloskundigen staan de rollen en competenties van een verloskundige beschreven. De opleiding heeft deze rollen en competenties vertaald naar kwalificerende eindtaken. Kwalificerende eindtaken zijn korte formuleringen over de inhoud en uitvoering van een taak op het eindniveau van de opleiding. Tijdens de opleiding werkt de student in deeltaken toe naar het eindniveau van de kwalificerende eindtaak. De deeltaken vormen een ‘leertrap’ waarbij de taken toenemen in omvang en complexiteit.
Hieronder vind je een tabel waarin per leerlijn en per KET de losse deeltaken beschreven worden.
KET en DT Klinisch redeneren en handelen
KET 1 | Het preconceptionele consult verrichten [1] | EC | |
Jaar 4 | KET 1 | Het preconceptionele consult verrichten | 7 EC (stage jaar 4) |
1.4 | Een preconceptioneel consult uitvoeren en naar aanleiding daarvan beleidsvoorstellen ten aanzien van interprofessioneel overleg formuleren | ||
Jaar 3 | 1.3 | Een preconceptioneel consult uitvoeren bij cliënten met een belaste anamnese en/of afwijkende bevindingen | 7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2) |
Jaar 2 | 1.2 | Een preconceptioneel consult uitvoeren bij cliënten met onbelaste anamnese en afwijkende leefstijl
|
8 EC (stage jaar 2) |
Jaar 1 |
KET 2 | Het prenatale spreekuur verrichten | EC | |
Jaar 4 | KET 2 | Het prenatale spreekuur verrichten | 7 EC (stage jaar 4) |
2.4 | Een counseling prenatale screening uitvoeren | 4 EC (stage jaar 4) | |
Jaar 3 | 2.3d | Een counseling prenatale screening uitvoeren | 7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2) |
2.3c | Een prenataal consult uitvoeren, inclusief interprofessioneel overleg | ||
2.3b | Een prenataal consult uitvoeren bij een cliënte met een afwijkend verloop van de zwangerschap met bijbehorende diagnostiek | ||
2.3a | Een prenataal consult uitvoeren bij een cliënte met een normaal verloop van de zwangerschap | ||
Jaar 2 | 2.2c | Beleid formuleren bij een prenataal consult bij een cliënte met een normaal verloop van de zwangerschap
|
8 EC (stage jaar 2) |
2.2b | Een zorgvraag formuleren na het afnemen van een volledige anamnese bij een cliënte met een belaste voorgeschiedenis
|
||
2.2a | Afwijkende bevindingen signaleren bij een prenataal consult en diagnostiek inzetten
|
||
Jaar 1 | 2.1 | Het prenatale spreekuur verrichten
|
2 EC (stage 1.1)
3 EC (stage 1.2) |
KET 3 | Het telefonische spreekuur verrichten | EC | |
Jaar 4 | KET 3 | Het telefonische spreekuur verrichten | 7 EC (stage jaar 4) |
Jaar 3 | 3.3 (2) | Beleid formuleren naar aanleiding van een triage bij een telefonisch consult | 7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2)
|
3.3 (1) | Beleid formuleren naar aanleiding van een triage bij een telefonisch consult | ||
Jaar 2 | 3.2 | Voorlichting geven over een veel voorkomend onderwerp tijdens een telefonisch consult, na vaststelling van de zorgvraag | 8 EC (stage jaar 2) |
KET 4 | De partusdienst verrichten | EC | |
Jaar 4 | KET 4 (2) | Uitvoeren van een partusdienst, inclusief minimaal 1 partus met 1 risicofactor (incl. 3 deeltaken: A, B en C) | 7 EC (stage jaar 4) |
4 (1) | Uitvoeren van een partusdienst inclusief minimaal 1 partus zonder risicofactoren | 7 EC (stage jaar 4) | |
4.4b | Een baring begeleiden gericht op het stimuleren van fysiologische aspecten bij een afwijkend verloop van de baring en daarbij beleid formuleren en uitvoeren
|
4 EC (stage jaar 4)
|
|
4.4a | Een baring begeleiden gericht op het stimuleren van fysiologische aspecten bij een normaal verloop van de baring en daarbij beleid formuleren en uitvoeren
|
||
Jaar 3 | 4.3c | Een baring begeleiden gericht op het stimuleren van fysiologische aspecten bij een vaak voorkomend afwijkend verloop van de baring en daarbij beleid formuleren en uitvoeren
|
7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2)
|
4.3b | Een baring begeleiden met een vaak voorkomend afwijkend verloop en daarbij beleid formuleren | ||
4.3a | Een baring begeleiden met een normaal verloop en daarbij beleid formuleren en uitvoeren | ||
Jaar 2 | 4.2c | Afwijkende bevindingen signaleren tijdens een baring en diagnostiek inzetten
|
8 EC (stage jaar 2)
|
4.2b | Inventariseren en inspelen op wensen en behoeften qua begeleiding van een cliënte met een afwijkend verloop van de baring, na het vaststellen van de zorgvraag
|
||
4.2a | Een baring begeleiden met normaal verloop en daarbij een beleid formuleren
|
||
Jaar 1 | 4.1 | De partusdienst verrichten | 2 EC (stage 1.1)
3 EC (stage 1.2) |
KET 5 | De kraamvisites verrichten | EC | |
Jaar 4 | KET 5 | De kraamvisites verrichten | 7 EC (stage jaar 4) |
Jaar 3 | 5.3d | Een kraamvisite uitvoeren bij een kraamvrouw en neonaat met een belaste anamnese en/of afwijkend verloop van de zwangerschap, baring of kraambed gericht op het stimuleren van fysiologische aspecten
|
7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2)
|
5.3c | Een kraamvisite uitvoeren bij een kraamvrouw en neonaat met een belaste anamnese en/of afwijkend verloop van de zwangerschap, baring of kraambed inclusief interprofessioneel overleg
|
||
5.3b | Een kraamvisite uitvoeren bij een kraamvrouw en neonaat bij een normaal verlopende postnatale periode gericht op het stimuleren van fysiologische aspecten
|
||
5.3a | Een kraamvisite uitvoeren bij een kraamvrouw en neonaat bij een normaal verlopende postnatale periode | ||
Jaar 2 | 5.2c | Het beleid formuleren bij een afwijkende bevinding bij een neonaat
|
8 EC (stage jaar 2)
|
5.2b | Het beleid formuleren bij een afwijkende bevinding bij een kraamvrouw
|
||
5.2a | Een zorgvraag formuleren bij een afwijkend verloop van de postnatale periode met betrekken van de gegevens uit de voorgeschiedenis
|
||
Jaar 1 | 5.1 | De kraamvisites verrichten | 2 EC (stage 1.1)
3 EC (stage 1.2) |
KET 6 | De nacontroles verrichten | EC | |
Jaar 4 | KET 6 | De nacontroles verrichten | 7 EC (stage jaar 4) |
Jaar 3 | 6.3 | Een nacontrole verrichten bij een cliënte met een vaak voorkomend afwijkend verloop van de zwangerschap, baring of kraambed | 7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2)
|
Jaar 2 | 6.2 | Een nacontrole verrichten bij een cliënt met een onbelaste anamnese
|
8 EC (stage jaar 2)
|
Jaar 1 | 6.1 | De nacontroles verrichten | 2 EC (stage 1.1)
3 EC (stage 1.2) |
KET 7 | Het anticonceptieconsult verrichten [2] | EC | |
Jaar 4 | KET 7 | Het anticonceptieconsult verrichten | |
7.4 | Een anticonceptieconsult verrichten, inclusief evaluatie van eerder gebruikte anticonceptie, en interprofessioneel overleg | ||
Jaar 3 | 7.3 | Een anticonceptieconsult verrichten na een zwangerschap, inclusief evaluatie van eerder gebruikte anticonceptie
|
7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2)
|
Jaar 2 | 7.2 | Postpartum een gesprek voeren over anticonceptie met/zonder borstvoeding bij een cliënte met een onbelaste anamnese
|
8 EC (stage jaar 2)
|
Jaar 1 |
KET 8 | Een (dreigende) miskraam begeleiden | EC | |
Jaar 4 | KET 8 | Een (dreigende) miskraam begeleiden | 7 EC (stage jaar 4) |
Jaar 3 | 8.3c | Een evaluatieconsult na een miskraam verrichten, inclusief het bespreken van een volgende zwangerschap | 7 EC (stage 3.1)
7 EC (stage 3.2)
|
8.3b | Beleid formuleren bij een (dreigende) miskraam | ||
8.3a | Onderscheid maken tussen normale en afwijkende bevindingen bij een (dreigende) miskraam | ||
Jaar 2 | 8.2 | Een zorgvraag formuleren bij een (dreigende) miskraam met betrekken van gegevens uit de voorgeschiedenis
|
8 EC (stage jaar 2)
|
KET en DT Public Health (PH)
KET 9 | Een gezondheidsbevorderende interventie ontwikkelen, inclusief evaluatieplan
|
Toets | EC | |
Jaar 3 | KET 9 | Een gezondheidsbevorderende interventie ontwikkelen, inclusief evaluatieplan | opdracht | 5 |
Jaar 2 | 9.2 | Reflecteren op een gezondheidsbevorderende interventie groepsvoorlichting | stageopdracht | 2 |
Jaar 1 | 9.1 | Een analyse van een gezondheidsprobleem en gedrag | opdracht | 2 |
KET en DT Wetenschap
KET 10 | Een wetenschappelijk onderzoek opzetten en uitvoeren en hierover rapporteren aan medisch professionals | Toets | EC | |
Jaar 4 | ||||
Jaar 3 | KET 10 | Een wetenschappelijk onderzoek opzetten en uitvoeren en hierover schriftelijk rapporteren aan medische professionals | Onderzoeksopdracht | 14 |
Jaar 2 | 10.2 | Een onderzoeksverslag en poster maken over de eigen onderzoeksvraag aan medische professionals | Onderzoeksopdracht | 3 |
Jaar 1 | 10.1 | Individueel een literatuursearch uitvoeren o.b.v. een onderzoeksvraag SP | Onderzoeksopdracht | 1 |
KET 11 | Een critical appraisal topic verzorgen voor medisch professionals | Toets | EC | |
Jaar 4 | KET 11 | Een critical appraisal topic verzorgen voor medische professionals | Stageopdracht | 2 |
Jaar 3 | 11.3b | Een mondelinge presentatie geven van het eigen onderzoek aan medisch professionals | Stageopdracht | 1 |
11.3a | Een klinische les verzorgen voor medisch professionals | Stageopdracht | 2 | |
Jaar 2 | ||||
Jaar 1 |
KET en DT Samenwerken en Organiseren
KET 12 | Analyse schrijven van een organisatie en een organisatievraagstuk in de geboortezorg en aanbevelingen doen voor verbeteringen. | Toets | EC | |
Jaar 3 | KET 12 | Analyse schrijven van een organisatie en een organisatievraagstuk in de geboortezorg en aanbevelingen doen voor verbeteringen. | Samenwerkingsopdracht | 5 |
Jaar 2 | 12.2a | Een elevator pitch uitvoeren over een innovatie in de geboortezorg | Opdracht | 1 |
12.2b | Een voorstel formuleren om de patiëntveiligheid op een afdeling/in een praktijk te optimaliseren. | Stageopdracht | 1 | |
Jaar 1 | 12.1 | Analyse van een klacht of incident | Opdracht | 4 |
KET 14 | Een individueel zorgtraject in een multidisciplinair team ontwikkelen en starten en hierbij de leiding nemen. | Toets | EC | |
Jaar 4 | KET 14 | Een individueel zorgtraject in een multidisciplinair team ontwikkelen en starten en hierbij de leiding nemen. | Stageopdracht | 2 |
14.4 | Verzamelopdracht interprofessioneel onderwijs IPE | Opdracht | 1 | |
Jaar 3 | ||||
Jaar 2 | 14.2 | Een zorgtraject opstellen voor een individuele cliënt. | Stageopdracht | 1
|
Jaar 1 |
KET en DT Professionaliseren
KET 15 | Plan voor de eigen professionele ontwikkeling (PPO) schrijven voor het komende jaar. | Toets | EC | |
Jaar 4
|
KET 15 | PPO schrijven voor het komende jaar | Opdracht (summatief) | 1 |
PPO schrijven en bespreken | Opdracht (formatief) | |||
Jaar 3
|
15.3b | 2x PPO schrijven en bespreken | Opdracht en voortgangsgesprek (formatief) | |
15.3a | Deelnemen aan groepssupervisie
|
Mondelinge en schriftelijke reflectie aan einde van supervisietraject
(summatief) |
1 | |
Jaar 2
|
15.2b | 1x PPO schrijven en bespreken | Opdracht en voortgangsgesprek (formatief) | 1 |
15.2a | Reflectiedossier bijhouden | Reflectieopdrachten (formatief) | 1 | |
Jaar 1
|
15.1b
|
2 x PPO schrijven en bespreken
|
Opdracht en voortgangsgesprek (formatief)
|
1
|
15.1a | Reflectiedossier bijhouden | Reflectieopdrachten
(formatief)
|
2
|
*Voorwaardelijk voor deze EC is de reflectie op het buddyschap uit KET 16.
KET 16 | Een deskundigheid bevorderende activiteit voor een professional in de geboortezorg voorbereiden, uitvoeren en evalueren. | Toets | EC | |
Jaar 4 | KET 16 | Voorbereiden –uitvoeren – evalueren van deskundigheid bevorderende activiteit, bijvoorbeeld Intercollegiale toetsing | Opdracht (formatief)
|
1 |
Jaar 3 | 16.3 | Bijdrage leveren aan supervisietraject medestudenten | Reflectieopdrachten
Bijdrage aan bijeenkomsten en onderdeel evaluatie supervisietraject (summatieve beoordeling supervisietraject) |
1 |
Jaar 2 | 16.2 | Functioneren als buddy van een eerstejaars student | Reflectieopdracht (formatief) | 1 |
Jaar 1 | n.v.t. |
[1] De toetsing van KET 1 en 7 bestaat uit een methodemix van binnen- en buitenschoolse toetsing gedurende de opleiding.
[2] De toetsing van KET 1 en 7 bestaat uit een methodemix van binnen- en buitenschoolse toetsing gedurende de opleiding.
Deze tabel is laatst bijgewerkt in augustus 2020.
print deze pagina
Is de informatie duidelijk?