Studieloopbaancoaching (SLC)
Studenten die vanaf collegejaar 2014-2015 en later instromen krijgen een studieloopbaancoach.
(Studenten van Cohort 2013 en eerder hebben een studieloopbaanbegeleider)
Doel
Studieloopbaancoaching biedt de student ondersteuning in het leerproces van student naar verloskundig beroepsbeoefenaar, monitoring van de studievoortgang en begeleiding bij keuzes die gemaakt worden in de opleiding.
Functies
De studieloopbaancoaching heeft een vijftal functies:
1. Oriëntatie op de opleiding en het toekomstig beroep;
2. Monitoring van de studievoortgang;
3. Begeleiding van kritische keuze- en beslismomenten van de student;
4. Tijdige signalering van problemen die de studie en/of persoonlijk functioneren belemmeren, waarbij indien nodig wordt verwezen;
5. Ontwikkelen van leren van ervaringen door middel van reflectie op het eigen functioneren.
Groepsbijeenkomsten en individuele gesprekken
In de eerste twee jaar zijn er acht bijeenkomsten in vaste SLC-groepen van ongeveer zes studenten die worden begeleid door een studieloopbaancoach .Tijdens deze bijeenkomsten komen onderwerpen aan bod die binnenschools en tijdens de stage een rol spelen. Er worden methodes van reflectie aangereikt en besproken en de inzet is te leren van en met elkaar. Het doel hiervan is het persoonlijk en professioneel leren van de student te bevorderen.
Studenten monitoren en sturen hun eigen studievoortgang met behulp van een Plan Verloskundige Ontwikkeling (PVO) en een dossier professioneel gedrag dat ze twee keer per jaar bespreken met hun studieloopbaancoach in een studievoortgangsgesprek.
Daarnaast kan de student gebruik maken van consultmomenten met haar studieloopbaancoach.
Plan Persoonlijke Ontwikkeling (PVO) jaar 1 t/m 4
Studenten beschrijven in jaar 1 t/m 3 twee maal per jaar de stand van zaken van hun studievoortgang en verloskundige ontwikkeling. In aansluiting daarop beschrijven ze hoe ze de komende periode (verder) willen werken aan hun ontwikkeling. Dit bespreken ze met hun studieloopbaancoach die daar feedback op geeft. Het doel hiervan is inzicht te krijgen in de eigen ontwikkeling, die voort te zetten of te wijzigen en hoe de student hier zelf sturing aan kan geven. In jaar 4 is de (tweejaarlijkse) beschrijving uitgebreid met reflecties op de eigen professionele ontwikkeling, leerthema’s en een visie op het verloskundig vak. Het plan van aanpak betreft een scholings-/ontwikkelplan voor het eerste jaar na afstuderen. Dit licht de student ter afsluiting in een TEDtalk toe. In jaar 4 wordt het plan door twee docenten summatief beoordeeld.
Reflectiedossier jaar 1 en 2
Studenten leggen in jaar 1 en 2 een individueel reflectiedossier aan waarin ze gedurende het studiejaar reflecties opnemen over betekenisvolle situaties binnen of buiten de groepsbijeenkomsten. Dit reflectiedossier wordt aan het eind van het jaar formatief beoordeeld. Het oefenen van reflecteren is ter ondersteuning van de aanzet tot leven lang leren en ter voorbereiding op supervisie in jaar 3 en het PVO in jaar 4.
Supervisie jaar 3
In het derde jaar doorlopen de studenten in een groep van drie studenten een supervisietraject van twee maal zes bijeenkomsten. Deze bijeenkomsten lopen grotendeels parallel aan de stage in het derde jaar. Studenten hebben dan intensief contact met hun supervisiegenoten en hun supervisor om optimaal te kunnen leren van de ervaringen die zij opdoen tijdens de stage. De studenten maken een reflectieverslag van iedere bijeenkomst. De supervisie wordt summatief beoordeeld. Supervisie heeft als doel de student te ondersteunen in de ontwikkeling van student naar professional.
print deze pagina
Is de informatie duidelijk?